Dit eerste deel geeft een gedetailleerde beschrijving van de opeenvolgende evaluatiefasen van de standzekerheid van een historisch gebouw, waarnaar de eerste aandacht moet gaan, en dit zowel in het stadium van het vooronderzoek als tijdens de eigenlijke restauratiewerken. Deze evaluatie is gebaseerd op nauwkeurige rekenresultaten, metingen in situ en proeven in het laboratorium. De studie van de standzekerheid start met een eerste beperkte benadering van de standzekerheid (visueel en historisch onderzoek van de draagconstructie) en de bepaling van de dringende instandhoudingswerken. Ze wordt gevolgd door een grondig onderzoek van de standzekerheid indien dit door de eerste benadering nodig gebleken is, door een niet-destructief onderzoek (meting van scheurbreedten, optisch ondezoek, radaronderzoek, akoestische meettechnieken, ...), door destructief of weinig destructief onderzoek (spanningsmeting, vervormingsmeting, belastingsproeven, ...) en door de meting van de stand van het grondwater en van de oppervlakte- en luchttemperatuur. De evaluatie wordt vervolgens verdergezet door de berekening van de standzekerheid, gebaseerd op de bevindingen van de inspecties, metingen en proeven die uitgevoerd werden tijdens het onderzoek van het gebouw en die kunnen leiden tot de vaststelling van schade en gebreken. Deze kunnen de noodzaak van bepaalde ingrepen ter verbetering van de standzekerheid duidelijk maken (toevoeging van uitwendige structurele elementen, versterking van het metselwerk door injecties , ankerstaven, ...). Tenslotte gaat het document dieper in op de beoordeling van de doeltreffenheid van de uitgevoerde ingrepen en hun invloed op de standzekerheid van het gebouw.