- 1. Dampscherm (zie TV 215, hoofdstuk 6)
- 2. Hellingslaag
- 3. Opgaande muur
- 4. Thermische isolatie (waarvan de dikte afgestemd dient te worden op de geldende thermische regelgeving)
- 5. Thermische isolatie van de dakopstand
- 6. dakafdichting (bitumineus of synthetisch)
- 7. Gewapende vloeibare afdichting
- 8. Steunprofiel voor de buitenbepleistering
- 9. Buitenbepleisteringssysteem op thermische isolatie (ETICS)
- 10. Thermische isolatie (waarvan de dikte afgestemd dient te worden op de geldende thermische regelgeving)
Men moet de nodige inlichtingen inwinnen bij de fabrikant van de vloeibare afdichtingen omtrent de verenigbaarheid met en de waterdichte aansluiting op de traditionele bitumineuze en synthetische baanvormige dakafdichtingen (zie ook TV 244, hoofdstuk 9). Deze aansluitingen verdienen extra aandacht tijdens het onderhoud van het dak (zie TV 215).
De keuze van het isolatiemateriaal voor de opstand moet aangepast worden in functie van de verenigbaarheid met de vloeibare afdichting.
De voegen tussen de platen moeten eventueel afgeplakt worden met een papieren kleefband. Sommige kunststofmaterialen (bv. EPS) zullen door de meeste vloeibare afdichtingen chemisch aangetast worden.
De bitumineuze of synthetische afdichtingsstroken worden bij voorkeur op een hoogte van 50 mm tegen de opstand aangebracht, voordat men overgaat tot de realisatie van de vloeibare afdichting. De vloeibare afdichting moet tot op het dakvlak doorgetrokken worden zodat er een overlapverbinding van minstens 100 mm ontstaat met het horizontale gedeelte van de dakafdichting. Voor een vloeibare afdichting heeft men in principe steeds een aanhechtingsstrook van minimum 100 mm nodig, ongeacht de ondergrond.
Als het opzetten van de baanvormige afdichting een hindernis vormt om de detaillering duurzaam en veilig uit te voeren (bv. moeilijk bereikbaar, brandveiligheid, ...), is het opportuun om deze afdichting op het dakvlak beƫindigen. Hierbij is de goede waterdichte verbindbaarheid van de beide materialen belangrijk om een goede overlapverbinding te realiseren.